Servië is in potentie een prachtig land met als parel in de kroon Belgrado. Helaas zijn er een aantal zaken die het zicht verhinderen op de schoonheid van stad en land. Allereerst is daar de geflipte architect die in verschillende ex-communistische landen heeft rondgewaard. Hij bepaalde dat "het volk" het best gebaat was bij eenvormige, troosteloze, betonnen flats. De Bijlmerbajes is een toonbeeld van architectonische vernieuwing vergeleken met een aantal woonkazernes hier. Er zijn een heleboel prachtige gebouwen in de stad maar die dateren vrijwel zonder uitzondering van voor de communistische periode. Sindsdien zijn ze trouwens, op een aantal overheidsgebouwen na, ook niet meer onderhouden.
Een andere doorn in mijn oog is het zwerfvuil. Ieder trottoir, park, straat tot het kleinste landweggetje aan toe wordt ontsierd door achteloos achtergelaten vuil. Dagelijks stroomt een heel leger aan schoonmakers en zigeuners door de stad om het op te ruimen en te kijken wat nog bruikbaar is. Hoe komt het dat mensen niet zuinig zijn op hun omgeving? Laatst nog zag ik een auto ter waarde van een modaal Nederlands jaarinkomen stoppen voor een container. Het raam ging open en er verscheen een hand die een plastic zak met half gegeten lunch in een boog richting de container gooide. Helaas belandde het er niet in maar zeker twee meter ernaast. Dat deerde niet, het raam sloot zich weer en met een flinke stoot gas schoot de bolide er vandoor. Toen ik stopte om het er alsnog in te werpen werd ik meelijwekkend nagekeken door een voorbijganger.