zondag 27 mei 2012

Taal


Dobar dan Drago. Kako ste? Šta želite za piće? Kan ik na wekenlang Servische les eindelijk twee volzinnen uitspreken, krijg ik een onbegrijpelijke blik toegeworpen waardoor ik toch weer mijn toevlucht moet zoeken in handgebaren. 
Ik kan het niemand aanbevelen: in de veertig nog een nieuwe taal te leren die in niets lijkt op eerder verkregen kennis van andere meer voor de hand liggende talen. Moeizaam leren mijn wederhelft en ik woordjes met vijf medeklinkers achter elkaar (srpski) of bestellen we een kolač od voćni bij de poslastičarnica. We verbazen ons over het feit dat woorden een volstrekt andere betekenis hebben dan je verwacht (paradajz, anyone?). Als we na dagenlang stampen weer een paar woorden rijker zijn, vernemen we dat het Servisch zeven naamvallen heeft waardoor zelfstandige naamwoorden alle mogelijke vervoegingen kunnen krijgen. Wat ook niet helpt is het cyrillisch schrift: de H is eigenlijk een N, de P de R, de W de S en zo kan ik nog wel even doorgaan. 
Nee dan het kroost. Dat sprak tot vier maanden geleden geen woord Engels op 'icecream' en 'swimming pool' na. Nu maken ze er zelfs ruzie in, met alle krachttermen die erbij horen. Ook zijn ze er inmiddels achter dat gewone Nederlandse woorden zoals dik en kok een geheel andere betekenis hebben in het Engels. Zoonlief kwam laatst thuis met een woord dat ik met ruim 25 jaar Engels niet kende (hybernation). Bijkomend nadeel is dat wederhelft en ik onze “secret language” kwijt zijn. Vroeger konden we nog wel eens ongegeneerd in het Engels roddelen of zaken bespreken die te ver gaan voor tere kinderzieltjes. Helaas, het is definitief voorbij, ze weten feilloos over wie we het hebben (hoezo heeft de moeder van S. het gezicht van een mislukte barbiepop?). 
Ze stellen sowieso veel te lastige vragen. Mama weet jij de Engelse naam voor Wit-Rusland? (nee schat, ik weet nauwelijks waar het ligt) en wat is het verschil tussen median, mode en average? In Nederland was ik de alleswetende ouder maar nu zoek ik herhaaldelijk mijn toevlucht tot de zin die alle makkelijke moeders gebruiken bij moeilijke vragen; "vraag dat maar aan pappa!". Tot mijn grote schrik gaat zoonlief een acht weken durend project doen waarin hij een thema gaat onderzoeken dat te maken heeft met "sharing the planet". Daarvoor doet hij, samen met een paar klasgenoten, onderzoek via het web, interviews en fieldtrips. Uiteindelijk moet dit resulteren in een eindpresentatie die origineel en creatief moet zijn. Daarbij wordt verwacht dat ze een actie op touw zetten om de wereld te verbeteren ten aanzien van het onderzochte punt (en dat mag niet zomaar geld inzamelen zijn want dat is te makkelijk). Hij is tien! Op mijn tiende had ik één spreekbeurt over mijn hamster gehouden en hij mag een compleet academisch 'action oriented' onderzoek met bronnenvermelding gaan doen. 
Éen van de redenen om te verhuizen was dat de kinderen een andere taal zouden leren en wat van de wereld zouden zien. Daar hoeven we niet bang voor te zijn. 
Nu de ouders nog.....

Geen opmerkingen:

Een reactie posten